Bewegen, gezond zijn en ‘leegte’-tijd anders besteden was mijn doel toen ik bijna drie jaar geleden een jaar met een personal trainer heb opgetrokken. Dat ik vandaag dan onbedoeld 10 km hardlopen op de teller heb staan, is wel ff een dingetje
Uit mijn levensdagboek de lange versie:
Haat aan sport… echt waar! En toch staat er 10 km hardlopen op de teller vanmorgen. Bijna drie jaar geleden na een voor mij heftige gebeurtenis heb ik jaar opgetrokken met een personal trainer waar ik me veilig genoeg bij voelde om stuk te gaan. Bewegen, gezond zijn en ‘leegte’-tijd goed besteden. Zelf doen, thuis sporten, al worstelend tot de ontdekking komen dat ik het wél kan. Sporten leuk maken!
En dat is gelukt! En hoe… fietsen, hardlopen, krachttraining, HITT, elke morgen tussen 7 en 8 me-time door endorfine aan te maken met welk gevoel ik dan ook uit bed stap.
Een ander mens is opgestaan. 10 km…
Ze is 93 jaar geworden, tante Tineke, gekscherend ook wel TT genoemd.
Ze was helemaal niet mijn tante, maar zo noemde we haar in de gemeente. Ze was een bidder en heeft vurig voor mij gebeden toen ik als klein kind met veel pijn in het ziekenhuis lag zonder dat artsen wisten wat het was.
Ze woonde om de hoek in het bejaardenhuis en had 1 dochter die in de danswereld zat die niet gelovig was. Zo af en toe, als mijn gezinsleven en de tijd het toeliet ging ik naar haar toe om samen te zingen en voor haar viool te spelen. Met haar krakerige sopraan stem zong ze mee of luisterde aandachtig naar mijn viool en genoot. Ze hield van muziek en geestelijke liederen, maar kon de laatste jaren vanwege ouderdom niet meer naar de kerk.
Ze had alles in haar leven meegemaakt, was twee keer getrouwd geweest. Haar eerste man overleefde de oorlog niet. Hij was te werk gesteld op een klein eiland in de Indische oceaan. Het huwelijk met haar tweede man hield geen stand.
Ze had in de oorlog in een Jappenkamp gezeten. Ze wist wat honger was en was zo zuinig dat ze nog altijd haar toilet doorspoelde met het eerste koude water van de douche wat ze opving in een emmer. Niks verspillen. En ze was al lang alleen.
Ik luisterde naar haar verhalen over vroeger. Over de tijd van de oorlog, hoe ze overleefde door juist wel de eiwitrijke tofu te eten die andere Nederlanders niet kende en dus lieten liggen. Ze zorgde voor haar mede gevangenen en sliep alleen bij de schoonmaakspullen om niet besmet te raken met ziektes.
En met dat verleden zei ze bescheiden: ‘weet je Manon, ik kan met recht zeggen dat het mij aan alles ontbroken heeft, dat mij alles overkomen is, en toch zeg ik: De Heer is mijn Herder, mij ontbreekt niets. Ik ben een dankbaar mens en op mijn begrafenis moet muziek klinken, voor mijn dochter. Muziek raakt haar, dat is het laatste van God wat ik haar kan geven.’
Ik ben het nooit vergeten. Tante Tineke…
Een nieuw jaar, niet wetend wat ons te wachten staat… kunnen we in geloof van te voren al zeggen dat het ons aan niets ontbreekt en vanuit dankbaarheid het jaar ingaan? Juist in deze tijd? Hoop en geloof omarmen zonder te zien? Niet om ons heen kijkend naar de omstandigheden, maar onze kin opheffen naar omhoog?
De Heer is mijn herder, het ontbreekt mij aan niets…
De laatste blaadjes grijpen zich vast aan de takken van de bomen
Nog niet loslaten, nog even vasthouden
Nog deze storm overleven, veilig en vertrouwd aan mijn boom
Totdat het mijn tijd is om ook los te laten
Als ik loslaat, ga ik vliegen
Vliegen door de wind die mij meeneemt naar verre oorden
Nieuwe plekken waar ik kom en misschien wel weer ga
Opgetild door een volgende windvlaag
Of ik blijf haken om daar wat langer te blijven en tot rust te komen
Om uiteindelijk voeding te worden voor de lente
De lente… de hoop in het verschiet die door deze storm alweer begint
Wat ben je?
Wie ben je?
Hoe ben je?
Waarom ben je?
Willen, zijn, kunnen, doen, moeten, hoeven, mogen… allemaal werkwoorden die een lading met zich meebrengen. Een beetje filosoof breekt zijn gedachten erover. Ik wil…, ik moet…, ik mag…, ik kan…
Wat als we alleen maar zouden kunnen zeggen ‘Ik ben…’ zonder toevoeging om onze identiteit aan op te hangen? Niet meer: ik ben moeder, ik ben muzikant, ik ben huisvrouw, ik ben coach, ik ben werknemer, ik ben dochter, ik ben docent, ik ben zoon, ik ben vader, ik ben directeur, ik ben aardig, ik ben goed, ik ben slecht, ik ben lelijk, ik ben… vul maar in.
Als je niks in zou vullen? Wie ben jij dan? Wat is jouw identiteit? Wie ben jij in jouw kern? Wat mist de wereld als jij er niet meer bent, want je bent hier niet voor niks op deze aardkloot. Los van oordeel over de ander of jezelf.
Welk spoor of welke geur laat jij achter als je ergens geweest bent? Een spoor om te volgen? Schouders om op te staan? Of…
Is ‘Ik ben…’ zonder toevoeging goed genoeg?
Hoe blijf je aangehaakt bij je puber? Zeker als het een fase betreft van afstand, nukkig en afzetten tegen…? Dan is het vragen naar zijn kennis en wijsheid. Tenminste… zo gaat het met mijn jongste. Zoekend naar verbinding en connectie. Onderweg in de auto met hem en zijn broer kijk ik naar de lucht en zie een aantal vliegtuigen. De sfeer is nog wat gespannen door eerdere ‘pubermomenten’ vlak voordat we vertrokken.
‘Het wordt ook alweer druk in de lucht’, merk ik op. ‘Hoe blijven vliegtuigen toch vliegen? Dat vind ik nog steeds een wonder!’, zeg ik.
‘Hmm, wil je daar echt een antwoord op? Natuurkundig?’, vraagt mijn jongste cynisch.
‘Nou ja…’, denk ik nog. ‘Ik weet niet of ik je ga snappen maar vertel maar. Verbinding creëren, luisteren, hem op waarde schatten’.
Dus ik zeg: ‘Ja, graag. Jij hebt de kennis erover’.
Hij legt uit over Newton, zwaartekracht, formules, stand van de vleugels en motoren, en hij wordt er zelf enthousiast van. Ik vraag door op zijn uitleg, het puberen is even verdwenen en we hebben een goed gesprek. Hij kan mij iets leren en de sfeer verandert er even door.
Maar door zijn uitleg gebeurt er bij mij nog veel meer. Als een vliegtuig wil vliegen en los wil komen van de grond moet het dus de natuurwetten doorbreken of er gebruik van maken. Motoren moeten meer tegenkracht produceren dan de aantrekkingskracht van de aarde, het beneden. Uiteindelijk moet een vliegtuig ook gebruik maken van de thermiek van de wind om te vliegen. Net als de vogels. Vleugels bijstellen, motoren op de juiste kracht en snelheid.
De metafoor is weer gemaakt. Om je oude, misschien beschadigde maar veilige en bekende verleden los te laten, heb je meer trekkracht nodig naar een nieuwe toekomst en het onbekende dan wat je vasthoudt naar het (veilige) verleden. Weten wat je hebt, niet weten wat je krijgt. Het onbekende moet dus zo aantrekkelijk/urgent worden (gemaakt) of zoveel veiliger/duidelijker dat die kracht de natuurwet van zwaartekracht naar het verleden doorbreekt.
De aantrekkingskracht van zwaartekracht doorbreken. Dat kost een hoop energie en nieuw verlangen. Een urgentie om te willen veranderen. Je hebt altijd een keuze, ook om te blijven waar je bent en alles te laten bij het oude. Vliegen is eng, en toch… het biedt ook ander perspectief als je het op jouw tijd en tempo doet.
I4U-Consultancy is zakelijk en vriendelijk, zelfstandig als ondernemende professional.
Er bestaan geen domme vragen, samen onderweg zijn in het leven, ook zakelijk.